Free Joomla Templates by iPage Hosting

 

Het verzet te Lissewege:
 
 
Lissewege
 
In Lisssewege viel de burgemeester A. De Grande onder de ouderdomsverordening en werd op 31 juli 1941 de Duitsgezinde flamboyante en eigengereide aannemer van openbare werken Amédée Boi geboren te Lissewege 07 november 1901 (ex-Rex, VNV, later De Vlag), actief en gerespecteerd in het verenigingsleven, bestuurslid van de Commissie van Openbare Onderstand en voorzitter van "Winterhulp Lissewege", buiten de Raad tot oorlogsburgemeester benoemd.  De schepenen D. Vanaudenaarde en R. De Geeter konden aanblijven.  Zij bleven slechts een goed jaar het ambt bekleden, aangezien Lissewege op 10 oktober 1942 bij Groot-Brugge werd ingelijfd ondanks het hardnekkig protest en verzet van Boi tegen deze integratie. Lissewege wou niet ingepalmd worden door Brugge, maar het protest mocht niet baten. 
Amédée Boi stapte in de collaboratie door werken uit te voeren aan de Atlantic Wall met om den brode vooral vele Lissewegenaars onder zijn arbeiders die hij lastig viel om lid te worden van De Vlag. Hij bouwde een Fernsprecherbunker en een granaatwerpstand te Blankenberge alsook militaire loodsen en barakken te Jabbeke, Zeebrugge en te Lissewege waar allerlei "Stellungen" alsook versperringen en camouflagewerken werden gemaakt.  Zijn bouwwerven kwamen evenwel in het vizier van de Belgische Partizanen te liggen met allerlei sabotages voor gevolg, wat voor commotie en spanningen en zelfs tweedracht onder de Lisseweegse bevolking zorgde. In maart 1944 vertrok Amedé Boi  De Vlag-celleider en oorlogsburgemeester met zijn bedrijf naar Litauen na er een belangrijk bouwcontract te hebben versierd.
De firma Boi was de eerste Belgische onderneming die vrijwillig in het door de Duitsers bezette gedeelte van Oost-Europa ging werken.
In september 1944 werd Boi gearresteerd en door de Brugse Krijgsraad op 24 april 1947, als zowel politiek als economisch collaborateur tot 8 jaar gevangenisstraf veroordeeld waarvan hij er zes uitzat. Na zijn vrijlating werd hij een succesvol projectontwikkelaar.
 
Lissewege werd door de Duitsers als "egelstelling" (verdediging in alle richtingen) ter ontzegging van Zeebrugge ingericht zodat er talrijke bunkers diende gebouwd te worden. Daar de Belgische Partizanen de permanentte opdracht hadden overal en ten alle tijde sabotage te plegen, hadden ze vooral te Lissewege en Zwankendamme maar ook te Zeebrugge een ideaal werkterrein. Verschillende machines  werden gesaboteerd waardoor de werven verlamd werden en vertraging opliepen, treinrails en wissels werden gesaboteerd, spoorwegwagons (door zand of ijzervijlsel in de oliepotten van de wielassen te  strooien) waardoor het transportsysteem vertraging opliep.
Wegens zijn talrijke deelnames aan deze sabotagedaden werd André Decorte benoemd tot sectiecommandant van de PA "Stalingrad" zoals die werd genoemd. Op weg naar een afspraak met "Le Gris"  te Brugge op 15 januari 1944 om contacten te leggen voor aansluiting bij het Leger van België (AB Armée de Belgique) werd hij in de Langestraat door de Duitsers gevat, na een  kort vuurgevecht kon hij ontkomen en dook onder met als schuilnaam "Willy Van Nieuwdorpe" de naam van zijn valse identiteitskaart afgeleverd door de veldwachter Medard De Kempe uit Wenduine. Hij dook aanvankelijk onder te Heist tot 19 januari 1944 en vervolgens te Brugge tussen 15 en 19 januari 44, te Ieper om in het hospitaal door dr. Louis Ronse de swastika het brandmerk op zijn arm te laten weghalen en vervolgens te  Zillebeke. Hij was nl. in juli 1943 al eerder gevat geweest en bij ondervraging en marteling had de Gestapo hem met een sigaret, een hakenkruis in de arm gebrand. Hij werd toen bij gebrek aan bewijzen en gezien zijn jeugdige leeftijd vrijgelaten.
-
HeistTe Heist werd vanaf september 1940 een kleine anti-Duitse Groep gesticht onder leiding van Joseph Praet. Vanaf 1941 werkte deze groep samen met de Belgische Partizanen van Lissewege. Ook hier werden vooral spoorwegwagons gesaboteerd, de opslagplaatsen voor camouflagenetten werd tot vijfmaal toe in brand gestoken, terwijl eveneens een trein beladen met vlas voor de Wehrmacht in de vlammen opging. Ook stro door de Duitsers aangekocht bij de boeren werd in brand gestoken. Tijdens sabotage aan de cokesoven werden de weerstanders Albert Maes en Boereboom Albert betrapt en door de Duitsers aangehouden op 28 februari aangehouden. Zij werden te Oostakker op 20 mei 1944 gefusilleerd.
 
BriefMAES 
De afdeling Lissewege van de Witte Brigade betaalde een zware tol 
 
 -
Rosson Franois c
 
De stichter van de Witte Brigade afdeling Lissewege
was  François Louis Rosson, zoon van Henricus Rosson en Emmerende Gunst,
geb. te  Lissewege
op 16   november 1919,
† Brugge 28 mei 2009.            
 
 
Vanaf februari 1944 grepen een ganse reeks aanhoudingen plaats te Lissewege, waaronder Alfons BRANS, Julien REYCHLER, Gilbert TAVERNIER, Eugène DEMEULEMEESTER, Amedée en Gerard CREVITS en Gustave COPPEJANS. De meesten onder hen zouden nooit meer uit de Duitse Concentratiekampen terugkeren. Alsook Alfons STYNS en Julien DE BOI werden aangehouden; op 28 maart 1944 door het Duits Krijgsgerecht ter dood veroordeeld en op 20 mei 1944 te Oostakker gefusilleerd.
Het was de veldwachter Alberic TAVERNIER die meerdere malen 's nachts door de Duitse GFP werd verplicht hen als gids te vergezellen om de woningen van de aan te houden personen aan te duiden.
Alle aangehoudenen werden verklikt door 37-jarige Brugse meester-verklikker en reeds bij het Belgische gerecht gekend voor 1940, meermaals veroordeelde en onvervalste crimineel André VAN BEVEREN die op 13 februari 1944 door de rijkswacht werd aangehouden daar hij nog 3 jaar gevangenisstraf diende uit te zitten en nieuwe criminele feiten had gepleegd.
Hij werd naar het politiebureel te Brugge overgebracht maar kwam echter onmiddellijk op vrije voeten door tussenkomst van de Brugse collaborerende politiecommissaris Marcel Van Houtte en Oberfeldwebel Paul Lensing van de G.F.P. van wie de inzet van André Van Beveren als compensatie voor zijn opsluiting en mogelijks ontsnappen aan de doodstraf maar al te graag werd benut. Vanaf het voorjaar 1944 specialiseerde hij zich samen met zijn minnares Marguerite Meulemeester in het infiltreren van verzetsgroepen o.a. ook de weerstandsgroep van Damme. Ook bij het Geheim Leger poogde hij te infiltreren. Nog voor de bevrijding vluchtte hij met zijn minnares naar Maagdenburg waar hij als smid werkzaam was. Bij zijn terugkeer werd hij op 15 mei aangehouden en ter dood veroordeeld en op 29 mei 1948 gefusilleerd als laatste West-Vlaamse terechtgestelde.
  
Veldwachter Alberic, Maurice TAVERNIER (° Lissewege 12/4/1905 - †12/10/78) getuigde tijdens zijn ondervraging door substituut-krijgsauditeur Jean Vossen (latere procureur des Konings te Brugge): "Op een nacht in de maand februari 1944 werd ik omstreeks één uur 's nachts gewekt door de Duitsers, drie in uniform en drie in burger in het kader van een onderzoek naar vlas en schelfbranden die zich enkele maanden voordien had voorgedaan. Ex-oorlogsburgemeester BOI Amedée had mij verwittigd dat hij vreesde dat de Duitsers hiervoor gijzelaars en sterke tegenmaatregelen zouden nemen en ik was overtuigd dat ze mij als gijzelaar moesten hebben. Ze gaven mij echter het bevel het huis aan te duiden van Alfons STYNS en Julien DE BOI. Ik wees hen deze woningen aan waarna ze beiden hebben aangehouden". Verschillende dagen later kwamen de Duitsers terug tijdens de nacht en weer diende ik hen te vergezellen. Ze wilden een reeks personen aanhouden, Gerard Crevits, Amedé Crevits, Gilbert Tavernier, en Eugeen Meulemeester, allen werden opgepakt. Verschillende dagen later diende ik hen terug te vergezellen en als gids op te treden, ze wilden een zestal personen aanhouden. De Corte André en de ondergedoken Fleurebay Emiel waren echter afwezig of reeds ondergedoken, de andere vier werden gevonden. Acht dagen nadien rond 5 uur 's morgens waren ze daar alweer om Gustave Coppejans en Henri Debaene aan te houden. Deze laatste kon echter ontsnappen. Tenslotte was het ook de beurt aan Gaston Boereboom en Maes Albert te Heist (Duinbergen)".
 
(*)François ROSSON die eveneens opgespoord werd dook onder te Beernem bij Henry Neyrinck en nam de schuilnaam "Bob Vanderzee" aan en kwam zo terecht bij de groep "AB" (Armée de Belgique het latere Geheim Leger) alwaar hij functioneerde als koerier en verkenner en talrijke gevaarlijke verkenningsopdrachten in de streek uitvoerde.
(*) Burgemeester te Lissewege van 1953 tot 1970, en van 1961 tot 1971 provincieraadslid in West-Vlaanderen. Na de fusie van 1970 was hij tot april 1977 gemeenteraadslid van de stad Brugge en een korte periode schepen).
 
Behoorden eveneens tot de PA groep Lissewege:
 
Albert MAES uit Heistgeb.12/4/1916, aangehouden 28/2/1944, gefusilleerd Oostakker 20/05/1944.
Gaston BOEREBOOM uit Duinbergen, geb. 1/5/1916, aangehouden 28/2/1944, gefusilleerd Oostakker 20/05/1944.
Hilaire VANDEN BERGHE uit Damme, geb. 1/6/1917, gefusilleerd Oostakker 20/05//1944. Aangehouden 14/2/1944 begon hij de dagen af te tellen door ze aan te tekenen met een streepje op een zijner rubberlaarzen, welke in het museum der gefusilleerden te Gent wordt bewaard. Op deze wijze kon hij juist op 18 mei zijn vertrek uit de gevangenis van Brugge naar deze van Gent vaststellen alwaar hij korte tijd verbleef. "Bidt voor mij" voegde hij daar nog aan toe. "Wij blijven trouw. Vele groeten aan iedereen van uw zoon en broeder.
Jozef LAMPO eveneens uit Damme, geb. 7/1/1920, aangehouden 20/2/1944, gefusilleerd Oostakker 20/05/1944.
Alfons TAVERNIER  uit Westkapelle geb. 28/12/1911  † 01/02/1945 Dachau.
 
Op het proces te Brugge met duidelijke de bedoeling verzetslieden en de bevolking te waarschuwen stonden allen terecht wegens: brandstichtingen op veld, in schuur en hoving; voor een lafhartig gepleegde moord, voor een reeks gewapenderhand uitgevoerde diefstallen van voedingszegels, verder ontregelingspogingen, en ijzerwegmateriaal storingen, en een opname en overmaking van militaire verdedigingsplannen.
Het doodvonnis werd uitgesproken voor elk der betichten en uitgevoerd met uitzondering die van Tavernier Gilbert waarvan gezien zijn minderjarigheid en jeugdige leeftijd de doodstraf in extremis alsnog werd omgezet en levenslange dwangarbeid en werd hij opgesloten in de gevangenis van Wolfenüttel. Brans Alfons zou met 10 andere Vlaamse politieke gevangenen gefusilleerd worden, door een misverstand werden door de Duitsers 10 Nederlandse politieke gevangenen gefusilleerd. Brans Alfons heeft er levenslang een enorm knagend schuldgevoel aan overgehouden waarbij hij telkenmale zeer emotioneel werd toen hij uitzonderlijk het verhaal opdiste.--
             
          COPPEJANS Gustaaf           CREVITS Gerard           CREVITS Amedée
          geb. Lissewege 19/04/1923           Geb. Lissewege 18/08/1923           Geb. Lissewege 18/06/1919
          Aangehouden 13/03/1944           Aangehouden 29/02/1944         Bij terugkeer uit Dora na 3 dagen 
          Gross-Rosen 18 december 1944                  Nordhausen - Dora   1945?
          te Anderlecht bezweken op
8 juni 1945
  
MEULEMEESTER Eugène REYCKLER Julien DE BOI Julien
Geb. Lissewege 26 juni 1922 Geb. Maldegem 31 juli 19 Geb. Brugge 11 september 1901
Aangehouden 29februari 1944         Aangehouden 23 februari 1944 Aangehouden 15 februari 1944
Vermist te Gross-Rosen 1944?     Omgekomen tijdens het transport van  Gefusilleerd Oostakker 20 mei 1944
  Dora naar Bergen-Belsen maart 1945  

 -  

-

STIJNS Alfons

Geb. Lissewege 29 augustus 1919
Aangehouden 15 februari 1944

Gefusilleerd te Oostakker 20 mei 1944

 
 Op de rug van zijn tandenborstel schreef hij volgende boodschap voor zijn vrouw: "Liefste wuvetje, tot aan mijn laatste adem zal mijn liefde bij u en ons kleintje zijn. Uw ventje".  Tevens schreef hij in de binnenzool van zijn schoen een laatste boodschap: " Liefste vrouw. Vergeef mij het verdriet dat gij door mij tegenkomt. Wees gelukkig met Filibertje in 't latere leven. Alfons".
 
 
 
-

BRANS Alfons TAVERNIER Emile TAVERNIER GILBERT
Geb. Lissewege 28 maart1922  Geb. Lissewege 30 maart 1892 Geb. Zeebrugge 04 mei 1926
Aangehouden15 februari 1944  Aangehouden 07 maart 1944 Aangehouden 29 februari 1944
Uit de kampen Gross-Strelitsch,   
 Uit de kampen Gross-Strelitsch,
Gevangenis van Wolfenbüttel
Laban en Buchenwald en     
 Laban en Buchenwald
teruggekeerd op 05 mei 1945.
Theresiastad, teruggekeerd         teruggekeerd op 04 mei 1945 (veroordeling 5 jaar tuchthuis)
op 12 juni 1945  ( † 26 dec.2012)
 
  ( † 01 juni 1966)           († 17 februari 2015) 
1942 Henri De Meulenaere 1
 
 
Behoorde ook tot de Witte Brigade afdeling Lissewege / Zeebrugge:
 
DE MEULENAERE Henri
 
Geboren Sint-Michiels op 17 juli 1921, bediende, echtgenoot van Van Belle Iréne wonende Gistelsesteenweg 402 Sint-Andries. (voorheen wonende Lisseweegsche steenweg Zwankendamme)
Gearresteerd wegens het stencilen van pamfletten op het kantoor van een bedrijf op de haven van Zeebrugge, opgesloten in de gevangenis ’t Pandreitje te Brugge op 27 februari 1944 cel n° 53. Op 16 mei 44 in cel 21B.
Opgesloten in de gevangenis van Sint-Gillis voor 11/06/44, gedeporteerd naar Duitsland op 12/06/1944.
Overleden 05 december 1944
Gevangene nr. 82296 KL Gross Rosen (Pools Silezië en heet vandaag Rogosznica).
 
Bijkomend detail: De vader: Jozef De Meulenaere geboren Sint-Kruis 19/03/1891 wonende Sint-Andries oud-strijder en oorlogsinvalide 14-18 kwam om bij het bombardement op de cokes fabriek te Zwankendamme op 28 juli 1943.
 
Brief door DE MEULENAERE Henri uit de trein geworpen bij zijn deportatie naar Duitsland op 12/06/1944.
 
De Meulenaere
  
BriefH De Meulenaere3
 
Volgende personen komen eveneens voor op een lijst van de weerstandsgroepering Witte Brigade Lissewege.
Zij komen niet voor op lijsten van aanhoudingen of omgekomenen en wisten mogelijks te ontsnappen of doken onder.
3 Leden Witte Brigadeleden
 
   CLAEYS Alfons                                    FLEUREBAY Emiel                                      VAN HECKE Camiel
Geen verdere gegevens gekend                    Wde. Nieuw Dorp te Lissewege                    Wde. Hoogstraat te Lissewege
 
Ledenlijst Vrijheidsstrijders Lissewege 1941 - 1945
Ballegeer Benonie De Boi Julien     (overste) 
Jaxssens Albert Stijns Alfons (overste) 
Brans Alfons De Corte André (overste-koerier) Leliaert Roger Tavernier Emile
Claeys Alfons De Meulenaere Henri 
Mechelaere Jozef Tavernier Gilbert
Coppejans Gustaaf 
Delanghe Marcel Muelemeester Eugéne 
Van Eecke Camiel
Crevits Amedée 
Delanghe René Piro Marcel Van Hecke Camiel
Crevits Gerard 
Delanghe Theophiel Reyckler Julien 
Van Maele Omer
De Baene Henri Fleurebay Emiel Rosson François (Stichter)) Vereecke Albert
Verriest Marcel
 
Toen de Duitsers meenden te Lissewege het Onafhankelijks front (OF) onder leiding van André De Corte (alias Willy Van Nieuwendorpe), de Belgische Partizanen (PA) onder leiding van François Rosson (alias Bob Vanderzee) uitgeroeid te hebben hergroepeerden de ontsnapten zich samen met nog enkele andere weerstanders o.a. van de groep Vrij België (V.B.) van madame Jean uit Blankenberge en vormden zijn weldra begin mei 1944 een nieuwe groep onder leiding van Albert Lonneville die zich later aansloot bij het AB (Armée de Belgique, vanaf juni 1944 Geheim Leger genoemd).
Op zondag 3 september 1944 had de groep een zware Duitse mitrailleur kunnen bemachtigen. De laatste dagen van de Duitse bezetting werden door de weerstanders van Lissewege allerlei valse en echte alarmerende berichten rondgestrooid zodat de Duitsers niet meer over de nodige verbindingen beschikten en voortijdig hun stellingen op 7 september vernielden, twee dagen voor de aankomst van de Canadezen en zo zonder strijd de gemeente verlieten richting Breskens. Hierbij werden door het verzet een zevental Duitse krijgsgevangenen ontwapend en aan de Canadezen overgemaakt, tevens werd overgegaan tot het interneren van "verdachten" waaronder twee gewapende collaborateurs die in het bezit waren van een geladen pistool.
Bij aankomst van de eerste Canadezen fungeerde het Lisseweegse verzet als gids en werden de mijnenvelden en andere obstakels aangeduid. Tijdens de periode september - november zou het G.L. onder leiding van Albert Lonneville een actief aandeel hebben in de opruiming in oktober - november 1944 van de Schelde-pocket en de bevrijding van Westkapelle en Knokke aan de zijde van de Canadese troepen (daarbij sneuvelden 19 leden van het verzet). 
 
Vliegende patrouilles en controles werden uitgevoerd door Albert Lonneville, François Rosson, André Decorte en Henri De Baene. De roeiboot welke de overzetdienst deed aan de vernielde Herdersbrug werd naar Lissewege overgebracht.
Het G.L. Lissewege stond in voor 4 permanent bewaakte posten voor de bewaking van het zeekanaal nl. aan de Cokesfabriek, aan de overzet te Lissewege, aan de Steenweg naar Dudzele ter hoogte "Ter Doest" en aan de Herdersbrug. Per bewakingspost werd 10 man ingezet, hiervoor werden bijkomende manschappen aangetrokken uit andere secties en omliggende gemeenten.
Op zondag 1 oktober 1944 was er een verbod te dansen ter gelegenheid van de kermis te Lissewege  omdat de afstand tot de vijandelijke linies te klein was. De Duitsers die zich nog aan de andere zijde van het kanaal bevonden beschoten van begin september tot midden oktober de fabrieken te Zeebrugge, de cokesfabriek, de gasfabriek, de Herdersbrug en op 3, 4 en 10 oktober de kerk van Lissewege waarvan werd verondersteld dat die als uitkijkpost fungeerde. Op donderdag 26 oktober beschieten de Duitsers Lissewege terug alsook de nacht van 27 op 28 oktober.  Op woensdag 1 november 1944 om 8.30 uur vielen 5 Duitse granaten op de gemeentekom van Lissewege en om 15.00 uur terug 11 granaten en toen eindigde een episode in de strijd om de bevrijding en de beschietingen van Lissewege. 
Belangrijker nog waren de inlichtingen die aan de Canadese troepen doorgespeeld werden. Door de goede samenwerking met het verzet, slaagden de Canadezen op 1 november erin het centrum van Knokke te veroveren. Op 2 november was gans Knokke bevrijd en op 3 november volgde Heist.
 
Na de oorlog verlieten enkele verzetslieden vooral de oud-Partizanen leden van de KPB die na de zomer van 1941 (na het einde van het Stalin-Hitler-pact van 22 juni 1941 tijdens het welk de KPB het antifascisme tijdelijk begroef) toen ze samen met het Onafhankelijkheidsfront en het Partizanenleger in aanzienlijke mate bijdroeg tot de omvorming van een louter passief verzet tegen de bezetter in een actief antifascistisch, maar vooral anti-Duits of tricolor, gewapend verzet, de rangen van het Geheim Leger en sloten zich aan bij de Witte Brigade-Fidelio. Deze oud-Partizanen leden KPB die in het verzet een leidende rol hadden gespeeld stonden een staatsorde voor naar het voorbeeld van de Sovjetunie en wilden hun verworven macht ook na de oorlog behouden.
Het dient gezegd dat de KPB de enige politieke partij is die integraal tot het verzet is toegetreden. 
-
  Geheim Leger: Slagorde groep Lissewege (toestand begin september 1944).
  Groepsoverste: Adjudant Lonneville Albert (later beroepsofficier).
 Op 23 september 1944 werd Rosson François als bevoorradingsoverste, en Decorte André als verantwoordelijke bewapening aangesteld.
 Manschappen:
  Ballegeer Benoni Dusoir Odiel  Pyra Camille Vandewatere André
  Claeys Robert Declerck Amedée Pierar Gaston Van Belle André
  Decorte André Herrebout Jean Rosson François Van Daele André
  De Baene Henri Lips Raymond Van Paemel Irenée Van Quaethem Emiel
  De Vadder Achiel Leliaert Roger Vandepitte Germain Wintein Lucien
  Delanghe Marcel Meulemeester Julien Van Quathem Edgard  Styns Joseph
 
  OMGEKOMEN WEERSTANDERS - POLITIEKE GEVANGENEN 1940 - 1945
 
  JULIEN DE BOI AMEDEE CREVITS EUGEEN MEULEMEESTER
  ALFONS STYNS JULIEN REYCHLER
  GERARD CREVITS GUSTAAF COPPEJA1NS
 
  BURGERLIJKE OORLOGSSLACHTOFFERS 1940 - 45
 
  ANDRE PARIDAEN LOUIS VANDENBERGHE GHISLAIN VAN DYCKE
  HONORE DE SMEDT ANTOINETTE VANDENBERGHE KAREL BIL
  ANDRE DE SMEDT JULES BROUNS MARCEL STRUBBE 
HARRY DANIELSE ROBERT PYCAVET GEORGETTE FACK 
 
  GESNEUVELDEN UIT DE EERSTE WERELOORLOG:
 
  Henri BONTE      Leopold DE VLIEGHER Leonard TAILLAERT
  Valere BRUGGEMAN  Amédee DHONDT  Remi VANDEMOORTELE
  Richard CLAEYS Alidor PEERE Jérome VAN DYCKE
  Cyriel DESMIDT   Charles ROSSON    Leon VEREECKE
                            
 Omgekomen bij het bombardement door de geallieerden op de cokes fabriek te Zwankendamme op 28 juli 1943:
(Het bombardement van 8 mei 1942 maakte in de fabriek een slachtoffer, nl. Robert Omer Pyckavet).
 
  Maurits DE BEIR ° Brugge 30.01.1906 Brugge
 

Jozef DE MEULENAERE-ROTTY  (oud-strijder 1914 - 1918 en oorlogsinvalide).

° St.-Kruis 19.03.1891 Sint-Andries
  Leon POPPE-PUYPE ° Brugge 06.11.1888 Brugge
  Alf VAN WALLEGHEM-DE MASEUR ° Sint-Andries 11.05.1880 Brugge
  Jules BROUNS ° Lissewege 14.04.1878 Lissewege
  Louis VANDENBERGHE-JOORIS ° Sint-Pieters o/d Dijk 27.11.1895 Zeebrugge
  Gustaaf. VANDEVELDE-HUYS ° Sint-Kruis 14.03.1898 Zeebrugge
  August. VAN MALDEGEM-ROELANDT ° Knesselare 13.5.1881 Zeebrugge
  Edmond. VAN TROEYE-DE JONGHE ° Brugge 03.12.1898 Zeebrugge
  Felix BOEREBOOM ° Heist 27.03.1920 Heist
  Maurits NEYRINCK ° Blankenberge 17.10.1886  Heist
 *  Hyppolitus HULST-SLABBINCK   ° Ramskapelle
maart 1877
Heist
  Robert PYCKAVET- VANDENBUSSCHE ° Lissewege  03.10.1908 † 08.05.1942
  Jozef BRUSSELE-VAN Houtte  ° Brugge 28.08.1898 † 28.07.1943
*

 Hyppolitus - Franciscus HULST (zesenzestig jaar en vijf maanden) echtgenoot van Celestine - Caroline SLABBINCK  overleed ten gevolge van zijn opgelopen verwondingen in het Sint-Janshospitaal te Brugge op 28 augustus 1943 om 08.00 uur 's morgens (oud-strijder 1914-1918, zoon van Ludovicus en van Verheye Sophie).

   
Tijdens de oorlog werden ook meerdere arbeiders van de cokes fabriek wegens sabotage gearresteerd.
Vier van hen overleefden de concentratiekampen niet, nl. Boereboom Gaston en Maes Albert uit Heist en de broeders Amedee en Gerard Crevits uit Lissewege.
 
§ § § § § § § § §
 
 
De vier
 
 Huldiging verzetslieden te Lissewege op 08 november 2008
 
 
   Rosson François †                 Van Holm Charles †               Tavernier Gilbert †                Dobbelaere Jozef †
 
Herdenkingsmis oorlogsslachtoffers:
 
 Lissewegemis
 
DSC03203
 
Herdenkingsplechtigheid aan het monument te Lissewege november 2008.
Toespraak en dodenappel door TAVERNIER Gilbert
 
§ § § § § § § § § § §
 
 
--